Islamofobie?: een nuchter antwoord

AUTEUR(S): Frans Groenendijk.


TAAL: Nederlands.
UITGEVER: Durf Uitgeverij.
JAAR: 2010.
PAGINA’S: 346.
DRUK: Eerste editie.
FORMAAT: 241 x 171 x 24 mm.
GEWICHT: 665 gram.
STAAT: Nieuw (New).
UITVOERING: Paperback / zachte kaft / gelijmd.
ISBN/EAN: 9789081474016.


BESCHRIJVING

In veel van de landen waar een deel van de bevolking zichzelf moslim noemt, bestaan er spanningen tussen die mensen en de rest van de bevolking.
In Egypte wordt de koptische minderheid zwaar onderdrukt door de mohammedanen: vooral de laatste jaren is het geweld tegen hen sterk toegenomen. In Indonesië worden van tijd tot tijd christelijke kerken en moskeeën van de ahmadiyya aangevallen. In Bangladesh zijn de hindoes slachtoffer van die praktijken. In Pakistan worden de christenen vrijwel niet beschermd tegen geweld van hun mohammedaanse buren. In het noorden van Nigeria worden christelijke meisjes ontvoerd en kerken vernield. In het zuiden van Thailand worden boeddhisten onthoofd en in brand gestoken. In het zuiden van de Filippijnen wordt de bevolking, onder dreiging van het onthoofden van gijzelaars, afgeperst om ‘beschermingsgeld’ (jizya) te betalen. Nadat onder Saddam al tienduizenden Assyriërs hadden moeten vluchten uit Irak zijn na het omverwerpen van zijn regime opnieuw tienduizenden van deze christenen het land uitgejaagd.
In 2002 werd de mohammedaanse minderheid in de Indiase deelstaat Gujarat het slachtoffer van zeer ernstig geweld nadat mohammedaanse extremisten zestig hindoefundamentalisten levend verbrand hadden.
Ook na 9-11 zijn in de Verenigde Staten met enige regelmaat door mohammedanen geplande aanslagen uitgevoerd of verijdeld. Die aanslagen waren met name gericht op synagoges en militaire objecten. Recent werden 13 ongewapende militairen onder ‘allah akbar’ geschreeuw afgeslacht door een mohammedaanse collega. Hij wist ook nog meer dan 30 anderen te verwonden voordat hij uitgeschakeld werd door een vrouwelijke politieagent. Zoals eerder in Afghanistan hebben taliban-achtige mohammedanen in Somalië de macht gegrepen nadat het land verzwakt was door de onderlinge strijd van de krijgsheren. Afvalligen en mohammedanen van niet geaccepteerde stromingen zijn sindsdien onthoofd, vrouwen die verkracht waren daarna voor straf gestenigd. In Jemen is een felle strijd gaande tussen de soennitische en sjiitische mohammedanen waarover weinig naar buiten komt. In Soedan gaat de vervolging van christenen en anderen nog steeds door. Volgens oudmohammedaanse gewoonte worden mensen, ook kinderen, tot slaaf gemaakt.
Overal waar de invloed van het mohammedanisme sterk toeneemt, van de Gaza-strook tot verkeerde wijken van Britse steden, draagt een steeds groter deel van de vrouwen en meisjes een vorm van sluiering en neemt het geweld tegen vrouwen toe.
Er is geen sprake van dat in Nederland en andere Europese landen nu al de zelfde soort spanningen leven. Evenmin is er sprake van dat alle vrouwen en dochters van mannen die zichzelf moslim noemen, hier onderdrukt worden op een manier die doet denken aan de intense haat tegen vrouwen(rechten) die zo kenmerkend is voor landen als Afghanistan, Saoedi-Arabië, Somalië en grote delen van bijvoorbeeld Pakistan.
Wel zijn er spanningen die soms direct, maar vaker indirect, iets te maken hebben met de mohammedaanse achtergrond van minderheden. Daarbij gaat het om gettovorming, een vorm van wij-zij denken die criminaliteit bevordert en een combinatie van gecultiveerd slachtoffergedrag en verzet tegen integratie die de sociale voorzieningen en de kwaliteit van het onderwijs ondermijnen. En ook hier neemt het dragen van hoofddoeken toe. Scholieren met mohammedaanse achtergrond krijgen meer vrije dagen. Criminelen met mohammedaanse achtergrond eisen en verkrijgen meer inspraak in de samenstelling van hun gevangenismaaltijden. Linkse politici ijveren voor Koranonderwijs op openbare scholen en gescheiden ingangen voor mannen en vrouwen bij de openbare bibliotheek.
De spanningen nemen ook hier toe en die toename gaat gepaard met angsten. Angsten van zeer uiteenlopende aard.
Een groot deel van de bevolking en een nog groter deel van de zittende politici en journalisten, vreest dat de aangroeiende kritiek op de mohammedaanse ideologie onontkoombaar gevolgd zal worden door geweld tegen mensen die zichzelf moslim noemen. Men is van mening dat jongeren met mohammedaanse achtergrond door die kritiek of door het benoemen van de oververtegenwoordiging van jongens van Marokkaanse afkomst in de misdaad- en werkloosheidsstatistieken, slechter gaan presteren in het onderwijs, op de arbeidsmarkt en in de wijk.
Een kleiner maar groeiend deel van de bevolking en een kleine groep politici en opiniemakers vreest juist dat een groeiende invloed van het mohammedanisme onontkoombaar zal leiden tot een steeds assertievere of zelfs ronduit agressieve opstelling van de mohammedanen. Ze zijn ervan overtuigd dat de kern van het mohammedanisme totalitair is en dat mensen die zichzelf moslim noemen en zich fatsoenlijk gedragen dat doen omdat ze de kern van de mohammedaanse ideologie afwijzen.
Beide groepen worden vanuit het andere kamp ervan beschuldigd dat de genoemde vrees niet meer is dan een dekmantel voor een heel andere agenda. De eerste groep zou geheel bestaan uit linkse extremisten die een bondgenoot zien in elke vijand van de VS en het kapitalisme.
De tweede groep zou bestaan uit racisten.
Zowel linksextremisten als rechts-extremisten komen ook in ons land voor, maar ze zouden niet het maatschappelijk debat moeten beheersen. Nog belangrijker is het te voorkomen dat het maatschappelijk debat verengd wordt tot dat wederzijdse aantonen van achterliggende motieven.
De belangrijkste boodschap van het boek Islamofobie? Een nuchter antwoord is dat toch op zijn minst en allereerst die angsten onder ogen gezien moeten worden. Daarbij komen met name de angsten aan de orde van mensen die islamisering als bedreigend ervaren. Het boek is echter geschreven op een manier die het mogelijk maakt dat de belangrijkste angst in het andere kamp wat afneemt of in ieder geval toch niet toeneemt.
In de loop van de studie voor het boek is de bezorgdheid van de auteur -overdag docent wiskunde op een middelbare school- sterk toegenomen. Die bezorgdheid nam toe doordat bijna alle besproken angsten meer onderbouwd dan tegengesproken werden door verdere studie. Dat gold het sterkst voor de ontwikkelingen in Turkije. De koerswijziging van dit land in de richting van het mohammedaans fundamentalisme werd al in gang gezet halverwege jaren 90 van de vorige eeuw.
De bevestiging van de juistheid van vele angsten was echter niet de meest verontrustende ontdekking: dat betrof de rol van de OIC. Deze Organization of the Islamic Conference, waarin 57 landen verenigd zijn met veel mohammedaanse inwoners, heeft een zeer uitgesproken en zeer kwalijke agenda. Bij conflicten of tegenstellingen waarbij alleen mohammedanen betrokken zijn heeft deze organisatie niets in te brengen: wanneer ook niet-mohammedanen er bij betrokken zijn kiest ze altijd voor de mohammedanen. Ze zijn verenigd in hun verzet tegen de Universele Rechten van de Mens, ze zijn verenigd in hun haat tegen Israël en ze verenigen zich nu steeds meer in hun strijd tegen de vrije meningsuiting in de hele wereld wanneer die mening betrekking heeft op het mohammedanisme. En met succes. Steeds meer wordt de VN een voertuig van deze groep landen. Ook de huidige president van de VS laat zich voor dit karretje spannen.
Hoewel het mohammedanisme het belangrijkste onderwerp is van het boek gaat het de auteur beslist niet alleen om het tegengaan van “islamisering van het vrije Westen”. Het vinden van het juiste antwoord op die bedreiging kan in zijn ogen sterk bijdragen aan de dringend noodzakelijke revitalisering van onze democratie.

22,50

Op voorraad

Frans Groenendijk. Islamofobie?: een nuchter antwoord. Durf Uitgeverij, verschenen in 2010. 346 pagina’s. Eerste editie. 241 x 171 x 24 mm. 665 gram. Staat: Nieuw (New). Paperback / zachte kaft / gelijmd.

INTERN ID: 9789081474016.
NUR: 717.
LCCN: Onbekend.
DCC: Onbekend.
LCC: Onbekend.

Gewicht 665 kg

Beoordelingen

Er zijn nog geen beoordelingen.

Wees de eerste om “Islamofobie?: een nuchter antwoord” te beoordelen